De Belgische gevangenissen, waaronder de Gentse, zijn sterk overbevolkt, wat leidt tot onmenselijke detentieomstandigheden. Gedetineerden lijden hierdoor onder een gebrek aan privacy, hygiëne en toegang tot essentiële voorzieningen, waarvoor ons land reeds meermaals werd veroordeeld. Desondanks wordt de situatie steeds erger.
“Overbevolking” in de Belgische gevangenissen: een term die waaraan niet iedereen eenzelfde invulling geeft. Decennialang al wordt gesproken over overbevolking in de gevangenissen (bv. K. Beyens, S. Snacken en C. Eliaerts, Barstende muren: overbevolkte gevangenissen: omvang, oorzaken en mogelijke oplossingen, 1993). Ondanks alternatieven en modaliteiten voor de vrijheidsstraf en vrijheidsbenemende maatregel (zoals het elektronisch toezicht en de voorlopige invrijheidsstelling) neemt de gevangenispopulatie in België sneller toe dan de bijkomende gevangenisinfrastructuur. De Belgische Staat werd intussen zowel door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens als door nationale rechters (waaronder ook de nieuw opgerichte Klachten- en Beroepscommissies) reeds meermaals berispt, veroordeeld én bevolen maatregelen te nemen tegen de vernederende behandeling van de gedetineerden die het gevolg is van de overbevolking.
Hoewel er geen internationale normatieve definitie van overbevolking in de gevangenis bestaat, gaat men er op Europees niveau vanuit dat een gevangenis overbevolkt is wanneer meer dan 90% van haar capaciteit bezet is. Het CPT (Europees Comité voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing) stelt dat een gevangenis niet efficiënt kan functioneren wanneer 100% van haar capaciteit is ingenomen. Gedetineerden moeten immers kunnen worden overgeplaatst wanneer dat nodig is en nieuwe gedetineerden moeten correct kunnen worden opgevangen en bejegend. Dat is met een bevolkingsgraad van 100% niet mogelijk. Een gevangenis met een bezettingsgraad van 90% is volstrekt surrealistisch in België. Daarbij komt dat ‘capaciteit’ een zeer rekbaar begrip is als het over gevangenissen gaat.
‘Capaciteit’ op niveau van de Gentse gevangenis
De penitentiaire inrichting te Gent werd in de 19° eeuw ontworpen om mensen er eenzaam op te sluiten. Elke cel is daarom ingericht als een eenpersoonscel. Zo’n cel heeft een oppervlakte van 9m2 waarin zich een wastafel en een toilet bevinden. Aan deze infrastructuur is er vandaag weinig of niets veranderd. Om de zogenaamde “theoretische capaciteit” van de gevangenis te bepalen wordt logischerwijze uitgegaan van één gedetineerde per cel. De capaciteit bedraagt 244 mannen en 39 vrouwen.
Net als andere gevangenissen, kampt de gevangenis van Gent al decennialang met chronische overbevolking. Eind 1991 bedroeg de dagbevolking er 274 gedetineerden. De gemiddelde dagbevolking in de afgelopen jaren bedroeg 390 gedetineerden in 2017, 375 in 2018, 400 in 2019, 426 in 2021, 418 in 2022. Op 6 december 2023 werd een dagbevolking van 503 gedetineerden opgetekend. In plaats van een “overbewoondverklaring” zoals dat is voorzien in de (Vlaamse) huisvestingsregels, werd besloten om de theoretische capaciteit van de gevangenis op te schalen. In de loop der jaren werden enkele bedden in de eenpersooncellen stelselmatig vervangen door stapelbedden. Vanuit operationeel oogpunt werden eenpersoonscellen als tweepersoonscellen beschouwd. Door deze opschalingsoperatie(s) bedraagt de ”operationele capaciteit” (lees: het aantal bedden) thans 365 in de mannenafdeling en 62 in de vrouwenafdeling. Ruimtelijk gezien bood de gevangenis in de 19° eeuw een menswaardiger gedwongen verblijf dan vandaag het geval is. Maar zelfs deze substantiële capaciteitsopschaling bleek nog niet voldoende.
De stelselmatige overschrijding van de zogenaamde operationele capaciteit (in de mannenafdeling) leidde tot “occasionele” driepersoonscellen waar naast het stapelbed wegens plaatsgebrek een extra matras op de grond werd voorzien. Sanitair (wastafel en toilet) moet er door drie gedetineerden worden gebruikt. De eind december 2023 opgetekende dagpopulatie van 503 gedetineerden leidde tot een overbevolkingspercentage van niet minder dan 206% ten opzichte van de theoretische capaciteit en 138% ten opzichte van de operationele capaciteit. Deze percentages zijn nog hoger wanneer wordt aangenomen dat de gevangenis overbevolkt is wanneer 90% van haar capaciteit wordt overschreden.
‘Capaciteit’ op Europees niveau
Omdat met capaciteit gegoocheld wordt door het bijplaatsen van bedden in daarvoor niet ontworpen cellen en gevangeniscapaciteit verschillend wordt berekend in de Europese landen, bepaalt de Raad van Europa dat gevangeniscapaciteit dient te worden beoordeeld op basis van de beschikbare verblijfsruimte per gedetineerde (in m2) en de tijd die door gedetineerden in de cellen wordt doorgebracht. Het CPT stelt dat een cel voor 2 personen over een minimumoppervlakte van 9m2 dient te beschikken, los van het sanitair, en dat een eenpersoonscel een oppervlakte van 8,5m2 dient te omvatten.
Schending van de mensenrechten
Een cel in de Gentse gevangenis voldoet aldus niet aan deze minimumnormen, vermits gedetineerden er met 2 en zelfs met 3 personen worden opgesloten in eenpersoonscellen van slechts 9m2 waar zij het aanwezige sanitair moeten gebruiken. Daarbij komt dat dit ophokken van de gedetineerden op geen enkele wijze wordt “gecompenseerd” met maatregelen om minder tijd in die cellen te hoeven door te brengen. Deze onmenselijke en vernederende detentieomstandigheden zijn strijdig met de artikelen 5 en 6 van de Basiswet Gevangeniswezen van 12 januari 2005. In deze omstandigheden kan er immers bezwaarlijk worden gesteld dat de tenuitvoerlegging van de vrijheidsbenemende maatregelen en de vrijheidsstraffen de waardigheid van de mens eerbiedigt en dat er zorg voor wordt gedragen dat de orde en de veiligheid worden gevrijwaard. Evenmin kan worden volgehouden dat de gedetineerden aan geen andere beperkingen van hun rechten worden onderworpen dan deze die uit de strafrechtelijke veroordeling of uit de vrijheidsbenemende maatregel voortvloeien. Zo mogelijk nog minder kan in die omstandigheden worden voorgehouden dat bij de uitvoering van de vrijheidsbenemende maatregelen en de vrijheidsstraffen vermijdbare detentieschade wordt voorkomen.
De rechtspraak laat zien dat de gedetineerden niet over een effectief rechtsmiddel beschikken om een einde te doen stellen aan de mensonwaardige detentieomstandigheden waarin zij verkeren door de overbevolking in de gevangenis waarin zij werden opgesloten.
Het hoeft geen betoog dat overbevolking in de gevangenis leidt tot aanzienlijke vermijdbare detentieschade. Gedetineerden in overbevolkte cellen hebben geen privacy, moeten onophoudelijk lawaai trotseren en ontberen elementaire hygiëne. Allerlei medische klachten zijn hiervan het gevolg. Overbevolking bemoeilijkt ook fors de toegang tot werk en essentiële voorzieningen in de gevangenis waarop gedetineerden recht hebben, zoals medische zorg, onderwijs, sport en andere activiteiten. Zij krijgen daardoor nauwelijks kansen om te werken aan hun re-integratie. Wanneer we zelf onze samenleving moeten beoordelen aan de hand van deze toestand van haar gevangenissen, zoals de filosoof Albert Camus voorhield, dan komt vanzelf schaamrood op de wangen.
Tijd voor Mensenrechten biedt een platform aan mensenrechtenexperten, en gaat de kwaliteit van bijdragen na voor die op het platform verschijnen. Analyses en standpunten blijven niettemin de verantwoordelijkheid van de auteur.
0 reacties